zaterdag 28 juli 2012

Het Caladonische kanaal

Het is woensdag 18 juli in Corpach en de regen tikt ons wakker uit de slaap. Het zal volgens de weerberichten niet veel beter worden vandaag. Wij overleggen even met de sluismeester en besluiten dan morgen de serie locks in te gaan die hier wordt aangeduid met de staircase. De trap, het lijkt er ook een beetje op deze  brengt ons op het niveau van het volgende loch (Loch Lochy) een meter of 20 hoger. Voor vandaag zijn er geen activiteiten gepland. Naast onze haven loopt de spoorlijn die Fort William verbindt met Mallaig. Mallaig is een plaats van waaruit de veerdiensten de westelijke eilanden bedienen. Er loopt ook nog een stoomtrein over deze rails een soort Medemblik- Hoorn lijntje voor de toeristen. Om een uur of één stappen we in de dieseltrein trein. De trein is afgeladen vol.  Op de stoelen staat welke plaatsen gereserveerd zijn. Als we rondkijken zien we alleen bejaarden. Er is kennelijk een bejaardenhuis op vakantie. Compleet met geriatrische hulpmiddelen in het gangpad. Wij passen naadloos in de groep, omdat we nog moeizaam lopen van de spierpijn na  onze beklimming van de Ben Nevis. 
De bejaardentrein naar Mallaig
De trein rijdt door een sprookjesachtig landschap. Kennelijk ook langs de scene waar de Harry Potter film is opgenomen. De conducteur roept wat en de trein gaat langzamer rijden. Plotseling verschijnen er camera’s in bruin lederen etuis, maar ook moderne pocket camera’s met een anti bibberfunctie en dat is hier wel nodig. De zijde van de trein waar het decor passeert blijft keurig zitten maar de ander kant komt langzaam uit de stoelen en hangt met de camera in de aanslag voor de ruitjes om alles goed vast te leggen. Mallaig zelf valt ons wat tegen. 10 winkeltjes en een grote Ferry terminal dat is het. Snel weer terug voor nog zo’n betoverend reisje. De volgende dag is het droog als we alle sluizen passeren en tegen de avond komen we aan bij het begin van Loch Lochy. Het is hier echt mooi dus blijven we een nachtje liggen, met helder zicht op de noord-hellingen van de Ben Nevis. Fort Augustus is de volgende bestemming ongeveer halverwege het Caladonische traject. Het is een klein provincieplaatsje met veel toeristische winkeltjes. We kopen er een Monster voor de winnaar van de tweede prijsvraag en liggen er een nachtje extra over om de live Music the Royal Britisch Legion mee te maken. 
The royal Bitisch legion
de "Staircase"
Het blijkt vooral een leuk schouwspel. De muzikant is matig maar speelt wel zonder pauze van 10 tot 12. Er zijn veel jonge schaars geklede meiden (wat hier in het Engelse uitgaansleven overigens normaal is) en er staan wat puberjongens, die nog niet tot de kroeg worden toegelaten buiten om een glimp van het schoon op te vangen. Af en toe gaat er een van de meiden naar buiten en krijgen ze een trekje van een sigaret. De sfeer is hyper er wordt wat gedanst en veel gedronken. De muzikant wordt omringt door aan hem plukkende puber meiden maar speelt onverstoord zijn jaren 70 liedjes door. Om 12 uur gaan wij maar weer eens bootwaarts. Morgen is het weer vroeg dag dan gaan we Loch Ness doorvaren. Het feest is hier echter nog lang niet uitgedoofd. Om acht uur is de schutting door het eerste lock. We zijn met drie boten een Zweed een Noor en wij. Het is goed aan het waaien ik schat een 6, 7 Beaufort en daarom leg ik maar vast een dubbel rif in het grootzeil. De wind is zuid west en komt van achter. De Noor heeft veel meer zeil staan en de Zweed heeft één rif en een uitgeboomde genua.
Monster?
Al snel blijkt dat het een steviger windje is dan voorspeld, we surfen af en toe met 10,5 knopen over de opgebouwde golven. Het veld van de drie boten blijft goed bij elkaar en ondanks het feit dat wij het minste zeil voeren blijven we prima bij.  Het is hier op sommige plaatsen meer dan 200 meter diep en ik wil dat graag vastleggen op een foto. 
Als de dieptemeter 175 meter aangeeft pakt Thea het fototoestel, maar dan staat er plotseling nog maar 2,5 meter; de diepte waarop de alarmbellen gaan rinkelen, nog 70 centimeter en we lopen vast met deze wind en golven geen pretje. Volgens de kaart is het hier echt 200 meter diep en dus moet er iets anders aan de hand zijn*. Zwemt of drijft er iets onder de boot? Dit is loch Ness.  Thea grijpt resoluut naar het mes, maar bedenkt zich en gaat zingen waarna de dieptemeter weer 175 meter aangeeft.  Aan het eind van het meer moeten we het zeil strijken, dat is met deze wind en golven geen sinecure maar het lukt ons goed en zo moteren we het laatste stukje in het kanaaltje dat ons naar het volgende loch leidt. Nu zoeken naar een aanlegplek,  daarbij is veel wind altijd een extra handicap, zeker als er van achter een grote rondvaartboot verschijnt die er langs wil varen maar geen ruimte heeft. In een langzaam opgebouwde frequentie begint de stuurman van de boot te toeteren. Helaas wij hebben geen duikboot, hij moet dus even wachten. Het loopt net goed af omdat wij in een vrij plekje voor de sluis kunnen aanleggen. Bij het passeren tref ik de blik van de stuurman die spreekt boekdelen. 

Genoeg wind** voor vandaag de Zweed en de Noor varen door maar wij blijven lekker hangen in dit gehucht dat Dochgarroch heet. We lopen ’s-middags in een uurtje of twee naar Inverness en eten ’s-avonds in het plaatselijk “Oakwood” restaurant dat ik iedereen kan aanraden. www.oakwood-restaurant.com.
Nu zijn we toe aan het staartje van het kanaal. Morgen varen we door naar Inverness om ons voor te bereiden op de zeereis van 500 mijl (900 kilometer) naar huis. Meer daarover in het volgende blog.


*( De handleiding van Raymarine geeft aan dat de diepte kan worden gemeten tot maximaal 180 meter)

** ( De krant van maandag 23 juli geeft aan dat er een storm heeft gewoed in noord Schotland er is 100 mph per uur gemeten en dat is gelijk aan windkracht 9. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten